Tentoonstelling Jacques Frenken bij Vughts Museum in DePetrus

Jacques Frenken bij opening tentoonstelling in DePetrus (foto: Urijan Poerink).

Ter gelegenheid van de negentigste verjaardag stelt het Vughts Museum van 10 t/m 20 maart 2019 enkele schilderijen van Jacques Frenken tentoon in DePetrus in Vught. Ook zal er voor het eerst een glas-in-lood-werk van de kunstenaar worden geëxposeerd. Dat werk werd ruim 50 jaar geleden door Frenken ontworpen voor een villa in Vught en is onlangs aan het museum geschonken.

De tentoonstelling is te bezichtigen tijdens de openingstijden van DePetrus t.w.  maandag t/m vrijdag van 09.00 tot 18.00 u, op zaterdag van 10.00 tot 17.00 en op zondag van 12.00 tot 17.00 u. Toegang is gratis.

Glas-in-loodwerk Jacques Frenken geschonken aan Vughts Museum (foto: Urijan Poerink).

In de Doopkapel, die zich in DePetrus bevindt, zal de komende jaren als bruikleen een door Jacques Frenken in 1968 gemaakte ‘Zwarte Madonna’ worden geëxposeerd, een beeld van moeder Maria met kind, in delen gezaagd en opnieuw geassembleerd.

Zwarte Madonna te zien in doopkapel DePetrus (foto: Fred de Man).

Over Jacques Frenken

Jacques Frenken werd geboren in 1929 in Den Bosch. In 1930 verhuisden zijn ouders, Jacques en zijn jongere broer Ton naar Vught waar nadien nog 4 broers geboren werden. Vader en moeder Frenken bleven tot 1968 in Vught wonen en verhuisden toen naar Den Bosch. Alle 6 zonen gingen studeren of werken in de Randstad. De 4 jongere broers, Carel, Maarten, Jos en Jan, bleven in Amsterdam en Utrecht. Jacques en Ton keerden terug naar Vught en stichtten er een gezin. Jacques trouwde in 1959 met Joep Arons en zij kregen 3 kinderen, Gilles, Wieger en Odeke. In 1975 verliet Jacques zijn gezin en ging weer in Den Bosch wonen. Daar werkte hij gestaag aan een oeuvre van beelden en vooral schilderijen en gaf hij les aan de Kunstacademie.

In zijn jonge jaren als beeldend kunstenaar had Jacques veel succes. Hij won verschillende prijzen, waaronder de Prix de Rome en exposeerde in het Stedelijk Museum Amsterdam en het Van Abbemuseum. Hij kreeg opdrachten om kunst voor de openbare ruimte te ontwerpen, zoals glas-in-loodramen en wanden voor kerken, scholen en zwembaden. In de zestiger jaren baarde hij opzien met Pop-Art-kunst, een serie gezaagde en geassembleerde Heiligenbeelden. De VPRO-televisie maakte hierover een documentaire film die in 1967 en 1969 werd uitgezonden.

In de zeventiger jaren maakte Jacques minimalistisch werk. In 1979 werd dat tentoongesteld in het Kruithuis in Den Bosch. In de tachtiger jaren maakte hij abstracte schilderijen waarin hij namen van componisten verwerkte. In de jaren negentig verbeelde hij religieuze thema’s in semi-abstract werk. In 1999 was er een overzichtsexpositie in Museum Schloss Moyland in Duitsland. In 2014 toonde het Vughts Museum in Villa Bleyenburg het werk dat Jacques maakte in zijn Vughtse periode.

In de laatste 10 jaar had Jacques problemen met zijn gezondheid, maar hij bleef schilderen. Hij onderzoekt nu hoe vormen en kleuren zich tot elkaar verhouden en maakt vooral schilderijen met zijn kenmerkende handschrift van abstracte figuren, letters en strepen.

Op zijn website zijn kunstwerken uit verschillende perioden te zien.

Vanaf 26 mei zal Jacques exposeren bij de Mark Peet Visser Gallery in Den Bosch.