In de Petrus gaat het Vughts Museum een twintigtal ‘museumeilanden’ inrichten. Dat zijn plekken in de kerk te midden van opstellingen van de bibliotheek en Anders Bezig Zijn. Elk van deze eilanden is gewijd aan een speciaal thema uit de Vughtse geschiedenis en cultuur. In de Petrusbode zal in de komende maanden over een aantal thema’s wat worden verteld. Dit keer over ‘Drama’s in Vught’.
Drama’s door de eeuwen heen
In de Middeleeuwen, waarschijnlijk in 1164, werd de gehele joodse gemeenschap van ’s-Hertogenbosch op de Vughtse heide vermoord en verbrand. Oorlogsgeweld verwoestten Vught en Cromvoirt in de zeventiende eeuw enkele malen. Als Den Bosch belegerd werd en niet kon worden ingenomen werd het platteland het slachtoffer. Diverse keren was Vught de legerplaats van de belegeraars. De oorlogen zorgden ook voor het uitbreken van besmettelijke ziekten, die de geschiedenis in zouden gaan als ‘de pest’. Na het uitbreken van de Franse Revolutie verjoeg een Frans leger samen met de patriotten stadhouder Willen V.
De Fransen gingen op jacht naar Franse edellieden (émigrés) die naar Nederland gevlucht waren om te ontkomen aan de Revolutie. Een aantal van deze edellieden werd bijeengebracht op Fort Isabella en daar terechtgesteld. De drama’s in de Tweede Wereldoorlog liggen nog vers in het geheugen. Het beruchtst is het Bunkerdrama: toen werden in Kamp Vught zoveel vrouwen in één cel geperst, dat tien van hen door verstikking om het leven kwamen.
Nog twee drama’s krijgen aandacht: het verongelukken van vijf Vughtse verkenners in 1935 in Sint-Michielsgestel en de dood van dertig leden van het Fanfarecorps van de Koninklijke Landmacht bij de Herculesramp in 1996. Twee Vughtse muzikanten kwamen daarbij om het leven.
Drama’s krijgen plaats in DePetrus
In de Mariakapel van de Petruskerk bevindt zich een gebrandschilderd raam van Marius de Leeuw ter gedachtenis aan het Bunkerdrama. Die kapel wordt nu voorzien van nog twee ramen waarin de andere drama’s zichtbaar worden gemaakt.