Vught: de moeder van Den Bosch!

Archeologisch onderzoek op het Marktveld (bij de winkel van Hamers). De donkere laag onderin bevatte scherven uit de Karolingische tijd (800-1000 na Chr.).

Op 11 november vindt in de Openbare Bibliotheek in de Dorpsstraat te Vught een lezing plaats door dr. Antoinette Huijbers en prof. dr. Arnoud-Jan Bijsterveld over ‘Vught, een middeleeuwse handelsplaats’. Naar aanleiding daarvan schreef Cees Slegers de volgende column in De Bossche Omroep die we zo interessant vinden, dat we die tekst óók in de Petrusbode opnemen.

Op onverwoestbaar perkament is vastgelegd dat er in 1185 (sommigen zeggen 1195) een stad gesticht werd in een bos bij Orthen door Hendrik I, hertog van Brabant. Daarom heette die nieuwe stad ook ’s-Hertogenbosch, het bos van de hertog. Hieruit bleek dus ook zonneklaar dat Orthen ouder was dan Den Bosch. Voor de doorsnee, chauvinistische Bosschenaar een harde noot om te kraken, maar van lieverlee heeft men er mee leren leven. Wat heb je nog te klagen als je de Sint-Jan, bakker De Groot en de Zoete Lieve Moeder binnen de wallen hebt, terwijl ze het ten noorden van het spoor moeten doen met een kerkhof, Orthen-Links en een gesloten San Salvator?

Maar nu komen er onheilspellende berichten uit het zuiden. Nieuw onderzoek toont aan dat Halder al in de Romeinse tijd en Vught in de vroege Middeleeuwen belangrijke handelsplaatsen waren. Vught beschikt rond het jaar 1000 al over een eigen munt, twee kerken en een tolrecht op de haven aan de Dieze. De Dieze? Ja, zo heette toen de rivier die langs Vught stroomt. De Essche stroom die vanaf het dorpje Diesen bij Hilvarenbeek naar Halder stroomt, heette vroeger de Dieze. Bij Halder stroomde er de zijrivier de Dommel in. Vught was al een handelsplaats aan de Dieze lang voordat de A2 met geluidschermen er tussen werd gefrot.

De functie van handelsplaats schoof in de loop der tijden steeds meer op naar het noorden. Je zou dus kunnen zeggen dat Halder de grootmoeder en Vught de moeder van Den Bosch is. Wat de gevolgen zijn van deze nieuwe kennis is niet te schatten. Veel teksten van het Bossche liederenrepertoire zullen herzien moeten worden. De rivaliteit tussen de volkse hertogstad en het chique forensendorp zal een heel ander karakter krijgen. Had Roderick van de Mortel voorkennis van dit onderzoek toen hij zijn wethouderszetel in de provinciehoofdstad verruilde voor het burgemeesterschap van Vught? Kan dit een rol spelen bij een eventuele nieuwe gemeentelijke herindeling? We zullen het zien.

U denkt misschien dat dit maar een column is die u niet serieus hoeft te nemen. Maar dan hebt u het mis. Binnenkort zal deze kwestie uit de doeken worden gedaan door archeologe Antoinette Huybers en Brabant-professor Arnoud-Jan Bijsterveld. Als u het naadje van de kous wilt weten kom dan op de avond van 11 november (ja, ik weet het: ook deze datum wekt argwaan) naar de Openbare Bibliotheek in de Dorpstraat van Vught (aanvang: 20.00 uur).

Cees Slegers

Losse kaarten zijn verkrijgbaar aan de zaal en kosten € 10,– per stuk. Leden van Bibliotheek De Meierij en Vrienden van het Vughts Museum ontvangen 10% korting (€ 9,–).

Op 25 november volgt nog een lezing: ‘Vughts verleden voltooid? Lokale geschiedschrijving in de afgelopen twintig jaar’ door dr. Cees Slegers.