Kunstenaarsoverleg Vught
In het weekend van 20 tot en met 22 maart organiseerde het Kunstenaarsoverleg Vught (KOV) in de Petruskerk een kunstbeurs met 16 deelnemende kunstenaars. Henk Smeets, voorzitter van het Vughts Museum, opende de beurs. De Petrus – zo zei hij – is lang de huiskamer van Vught geweest: ‘Vele generaties zijn hier gedoopt, getrouwd en begeleid naar hun laatste rustplaats. De kerk als religieus centrum, maar ook als ontmoetingsplek voor het dorp’. Daarom vond hij het goed in deze geseculariseerde maatschappij die ontmoetingsfunctie in de Petrus wordt voortgezet.
Henk Smeets feliciteerde het KOV met de vijf kunstbeurzen die zij hadden georganiseerd. Daarbij hadden ze gebruik gemaakt van (tijdelijk) lege plekken: het voormalige tuincentrum Margriet in de Aart Heymlaan, een kantoor van Hazenberg, de verlaten Reeburgmavo en nu de lege Petruskerk. Maar ook samenwerking met anderen was kenmerkend voor het KOV: met de Speeldoos, met Rozenoord, het Vughts Museum, de Kunststichting, het STOK in het Kruithuis in Den Bosch en met het Spectrum in Schijndel.
Smeets wees er op dat in de kerk veel schilderijen te zien zijn van Charles Grips – afkomstig uit Grave, maar hier de stichter van een Vughtse kunstenaarsfamilie. Andere Vughtse schildersfamilies waren de familie Knip, de familie Grips, de familie Slager en de familie Frenken. Ook individuele kunstenaars kozen er voor om in Vught te wonen en te werken. Dat gaf deze gemeente het imago van kunstenaarsdorp. Hij eindigde met de conclusie, dat initiatieven als het KOV laten zien dat Vught die titel nog steeds verdient. De beurs werd druk bezocht.
